Bij veel gebouwen in 's-Hertogenbosch is de voorgevel jonger dan het pand erachter. Bij het gebouw van vandaag is het duidelijk andersom: Hinthamerstraat 217. De middeleeuwse samenleving kende vele religieuze broederschappen. Soms hadden zij een altaar of een kapel in een andere kerk, maar er waren ook broederschappen die een eigen, zelfstandige kapel bezaten. Op 14 maart 1429 keurden schout en schepenen van de stad 's-Hertogenbosch de statuten van de St.-Antoniusbroederschap goed. Deze broederschap had een bijzondere verering voor St.-Antonius-abt, populair ook wel Antonius-met-het-varken genoemd, omdat deze heilige dikwijls met dit dier werd afgebeeld. Volgens het testament van Hendrik Snoeck bestond er ook al in 1429 een Antoniuskapel: hij vermaakte toen een geldbedrag aan deze kapel. De oude kapel stond op de hoek van de Diepstraat. Erg lang heeft men deze kapel niet gebruikt. Al in 1491 werd een nieuwe kapel aan de Hinthamerstraat gebouwd. De oude kapel werd ontwijd en als woningen in gebruik genomen. Deze nieuwe kapel was volgens opmetingen van de funderingen uit 1955 een eenbeukige kapel met een smaller éénbeukig koor met vijfzijdige koorsluiting. Behalve het hoofdaltaar, toegewijd aan St. Antonius, kreeg de kapel nog drie andere altaren. Deze werden toegewijd aan Onze Lieve Vrouw, aan St.Genoveva en aan Maria Magdalena. Tijdens de Beeldenstorm in 1566 had de kapel veel te lijden en ook de bombardementen tijdens de belegeringen van Prins Maurits richtten schade aan. Deze schade werd echter vanaf 1609 hersteld. Dat was niet meer het geval met de schade die ontstond tijdens het beleg van de stad Frederik Hendrik in 1629. Na de val van de stad werd de uitoefening van de katholieke eredienst verboden en de broederschap kon dus geen gebruik van de kapel meer maken. De kapel kwam in het bezit het stadsbestuur. De kapel raakte steeds meer in verval en werd gedeeltelijk al in de zeventiende eeuw gesloopt. De vrijkomende grond werd verkocht maar de gemeente bleef eigenaar van de voorgevel en stukje daarachter waarop het torentje stond. Er werd bepaald dat dit behouden moest blijven. In 1751 werd het oude torentje vervangen door een open houten torentje vervaardigd door Van Warmond, met daarin de twee klokken uit de toren van de voormalige St.-Jacobskerk, waaronder de uit 1754 daterende klok, door Adriaan Steylaert uit Mechelen vervaardigd. Toch veranderde er in de loop van de tijd nogal wat aan de vooorgevel en toen men besloot tot restauratie in laatgotische stijl, moest men zijn verbeelding laten werken. In 1855 werden de rijkversneden steunberen voorzien van pinakels. In 1910 vond een grondige restauratie plaats, voorstellende de vier heiligen waar eens de vier altaren aan toegewijd waren, en baldakijnen aangebracht werden. Wat er nog aan oude bebouwing rond de gevel stond werd in de jaren vijftig afgebroken om plaats te maken voor het bejaardencentrum Anthoniegaarde. Maar de gevel van de kapel bleef gehandhaafd en werd in 1956-1960 opnieuw gerestaureerd. En achter die gevel, een rijksmonument, werd de nieuwe kapel van Anthoniegaarde gesitueerd. Een kapel die thans na bijna veertig jaar dienst te hebben gedaan niet meer in gebruik is. |
Ze staan weer op hun oude vertrouwde plek, de Heilige Antonius, Maria, Goedele en Magdalena. de vier beelden die sinds vorige eeuw de gevel van de Antoniuskapel aan de Hinthamerstraat sierden, staan sinds maandag 10 december weer op hun plaats. Alleen zijn het niet de oude beelden die er anderhalf jaar geleden van de gevel werden afgehaald, Deze waren zó versleten dat zelfs herstel niet afdoende zou zijn. Beeldhouwer Ton de Mooy uit Amersfoort, die onder meer ook betrokken is bij de restauratiewerkzaamheden van de Sint-Jan, hakte vier excate kopieën van de beelden. Hij gebruikte hiervoor Bentheimer zandsteen, dat zeer duurzaam is. De beelden die nu vervangen zijn, werden begin vorige eeuw gemaakt door Hendrik van der Geld. Ze liggen momenteel in de kelder van Antoniegaarde en blijven bewaard. |
In 1429 hebben schout en schepenen van Den Bosch de statuten goedgekeurd van de Sint-Anthonius-broederschap. Er bestond toen al - zo bleek uit het testament van ene Willem Snoeck - een Anthoniuskapel. Anthonius werd in de middeleeuwen vooral vereerd ter bestrijding van het Sint-Anthoniusvuur, ook wel Heylig Vuer genoemd. Dat was voedselvergiftiging, die veroorzaakt werd door het zogenaamde moederkoren. Door deze broodvergiftiging waren in de middeleeuwen veel doden te betreuren. Anthonius werd vereerd om deze ziekte te voorkomen.
De kapel van de Anthoniusbroederschap stond in de Diepstraat, naast het in de 14e eeuw gestichte Anthonius-gasthuis. In 1491 is deze kapel verlaten, ontwijd en ingericht als twee woningen. In 1491 bouwde de Broederschap een nieuwe kapel op de plaats waar nu nog de voorgevel van aanwezig is. Het moet een vrij grote kapel zijn geweest, want in een testament uit 1536 worden 4 altaren genoemd die er stonden: het hoogaltaar, toegewijd aan Anthonius Abt, het Onze-Lieve-Vrouwe-altaar, het altaar van Sint-Genoveva en het altaar van de H.Maria Magdalena.
In de roerige tijd van de Opstand raakte de kapel beschadigd. In 1566 had het interieur al sterk te lijden van de beeldenstorm, terwijl het exterieur werd aangetast door de bombardementen op de stad door Maurits in 1601 en 1603. In 1609 begon het herstel. Twaalf jaar later, in 1621, was men daarmee klaar. Maar ook tijdens het grote beleg van 1629 werd de kapel zwaar getroffen. Herstel vond niet meer plaats omdat de Broederschap na de kapitulatie van de stad verboden werd. In 1640 werd het gewelf van de kapel afgebroken omdat het dreigde in te storten. Ook de muren zijn later verdwenen; slechts de voorgevel bleef behouden. Deze gevel werd zelfs versierd in 1751 door het plaatsen van een open houten torentje.
In de loop der eeuwen is deze voorgevel echter flink aangetast door de andere bestemmingen die het gebouw erachter had gekregen. De Bossche gemeenteraad besloot daarom deze gevel te laten restaureren. De architect en de werklieden die verbonden waren aan de restauratie van de Sint-Jan, herstelden de laat-gotische gevel in een zo oorspronkelijk mogelijke toestand. Maar afbeeldingen van vóór 1629 waren niet bekend, zodat men nogal eens met fantasie te werk moest gaan. Zo kwam het voor dat besloten werd de gevel op te sieren met vier beelden. Afgebeeld werden dezelfde heiligen aan wie in de 16e eeuw de altaren van de kapel waren toegewijd: tegen de voorgevel zijn dat van links naar rechts de H. Anthonius Abt, de H. Maagd Maria, de H. Genoveva en de H. Maria Magdalena. Op de foto ziet u de twee linker beelden.
Sedert 25 jaar bevindt zich achter de gevel opnieuw een kapel: die van het bejaardentehuis Anthoniegaarde. Zo vormt deze gevel al bijna vijf eeuwen een fraaie afsluiting van de Hinthamerstraat.
|
Funderingen opgegraven en ingemeten in 1955 (tek. DGH, nr. 25.797 en foto's PGH, nr. H55.53.11); Tekening uit 1682 van het koor (foto GAH, Hist. Top. Atlas, stamboek nr. 482, orgineel in PGH); |
Ruim vijf eeuwen geleden, in 1491, bouwde de Broederschap van Sint Anthonius een gotische kapel aan het Hinthamereinde, het laatste deel van de Hinthamerstraat. Reeds vanaf de Markt kon men, als een fraaie afsluiting van de lange Hinthamerstraat, de gevel van deze kapel zien. De in 1429 opgerichte broederschap vereerde Sint Anthonius in het bijzonder wegens de bestrijding van het 'Heylig of Sint Anthonius vuer', een gevreesde broodvergifteging die in de middeleeuwen duizenden slachtoffers eiste. Oorspronkelijk bezat men elders een bedehuis, maar aan het eind van de 15e eeuw verhuisde men naar de huidige Hinthamerstraat. Tijdens de Beeldenstorm in 1566 werd de kapel flink toegetakeld en ook de oorlogshandelingen tijdens de Tachtigjarige Oorlog hadden geen goede invloed. Pas in 1609 (Twaalfjarig Bestand) werd begonnen met het herstel van deze kapel. Het duurde tot 1621 voor het gebouw inwendig gerestaureerd was. De verovering door Frederik Hendrik in 1629 van 's-Hertogenbosch had tot gevolg dat ook deze broederschap verboden werd. Tijdens de hevige beschietingen tijdens het Beleg was de kapel opnieuw beschadigd. Na die tijd raakte het nog verder in verval en in 1640 werd de voormalige kapel gedeelteijk afgebroken. Een dertigtal jaren later werd het overgebleven deel van de kapel aan de stad overgedragen. In het midden van de achttiende eeuw stortte het laatste deel van de kapel (die inmiddels als pakhuis werd gebruikt) in. Slechts de voorgevel bleef gehandhaafd en er werden zelfs twee huisjes vóór gebouwd. In 1913 werd door de architecten en werklieden van de Sint Jansrestauratie de laat-gotische gevel in de oorspronkelijke toestand hersteld en werd de gevel weer met beelden versierd. De ruimte achter de gevel was in gebruik als pakhuis van de firma Moonen. Links van het pand bezat men een groothandel in koloniale waren en rechts van de gevel was de koffiebranderij van Moonen gevestigd. De bebouwing achter de gotische gevel werd zeer zwaar beschadigd in oktober 1944, toen de geallieerden bij Sluis 0 de Zuid-Willemsvaart overstaken en de bebouwing met vlammenwerpers in brand staken. In 1956 werd er achter de middeleeuwse gevel een modern bejaardenhuis gebouwd: Anthoniegaarde, in de stijl van de Bossche School. Op de plaats waar eens de 15e eeuwse kapel stond, werd ook de kerkruimte voor de bejaarden gebouwd. Maar dit bejaardenhuis bleef er slechts veertig jaar. De laatste bewoners zijn naar de Taling in de verre Kruiskamp verhuisd. Het voormalige bejaardenhuis wordt thans door anti-krakers bewoond en het gebouw zal worden gesloopt. Dan zal de vijf eeuwen oude gotische gevel opnieuw als een eenzaam cultuur-historisch element temidden van de kaalslag te zien zijn. En vervolgens zal er naast en achter dit monument weer gebouwd worden, moderne bebouwing. Hoe die zal passen bij de ruim vijf eeuwen oude gevel van de Anthoniuskapel is op het moment nog een open vraag. |
Naast vele andere ziekten die de middeleeuwse Bosschenaar bedreigden, was er ook 'het heilig vuur'. De oorzaak van deze ziekte stond bij de meesten op tafel: het dagelijks roggebrood, dat besmet kon zijn met het zogenaamde moederkoren. Moederkoren is een broodvergiftiging, een schimmel die in koren woekert. Als de besmette korrels er vóór het malen niet werden uigehaald, werden ze met het goede meel vermengd. Door het eten van de gebakken broden stierven velen, anderen raakten voor het leven zwaar verminkt. Complete gezinnen stierven en een epidemie kon vele slachtoffers maken. In de periode tussen 1000 en 1500 zijn er in geheel West-Europa ongeveer 100.000 mensen aan deze ziekte overleden. De ziekte staat bekend als 'het heilig vuur' of 'het Sint-Antoniusvuur'. Zij wordt ook wel ergotisme genoemd of gangreen.
Vandaag de dag heeft de farmaceutische industrie veel belangstelling voor de schimmel omdat er werkzame alkaloïden in zitten. Eén van deze bestandsdelen is het LSD dat door de chemicus Hofman ontdekt werd doordat hij hallucinerende verschijnselen kreeg.
In geheel West-Europa werden in de middeleeuwen broederschappen opgericht tegen deze ziekte. Dat deed men omdat de oorzaak van de ziekte niet bekend was. Ook de in 1429 in 's-Hertogenbosch gestichte Broederschap van Sint-Anthonius vereerde deze heilige wegens de bestrijding van het 'Heylig Vuer'. Zij bezaten een eigen kapel, maar bouwden aan het eind van de 15e eeuw een nieuw kerkgebouw.
In 1491 kwam hun kapel aan de Hinthamerstraat gereed. Zwaar beschadigd werd deze Anthoniuskapel bij de beeldenstorm (1566) en bij oorlogshandelingen tijdens de Tachtigjarige Oorlog. In feite werd zij niet meer hersteld. In 1640 (toen de Boederschap al was opgeheven) werd zij grotendeels afgebroken. Slechts de voorgevel bleef gehandhaafd en voorzien van een open torentje in 1751. In het begin van de 20e eeuw werd de voorgevel gerestaureerd en voorzien van de beelden van de H. Maagd, St. Anthonius Abt (de patroon van de kapel), Sint-Genoveva en Sint-Maria-Magdalena.
Zij vormt nu weer een waardige afsluiting van de Hinthamerstraat, gezien vanaf de Markt. Boevendien bevindt zich achter de gevel opnieuw een kapel; die van het bejaardenhuis Anthoniegaarde.
|
In juli 1515 werd Karel V in 's-Hertogenbosch ingehuldigd als hertog van Brabant tijdens de zogenoemde Blijde Inkomste. Karel was Heer der Nederlanden (1515), koning van Spanje (1516) en keizer van Duitsland (1519). Het was niet het enige bezoek dat hij aan de stad bracht. Dertig jaar later, in december, zou hij noodgedwongen ruim drie weken in de Hertogstad verblijven. Noodgedwongen omdat een hevige jichtaanval hem niet toestond verder te reizen. Niet alleen Karel, maar met hem zijn hele gevolg van hertogen, graven en bisschoppen, bleven in 's-Hertogenbosch. Bovendien moest er tijdelijk onderdak gevonden worden voor meer dan tweeduizend paarden en driehonderd muilezels, beladen met bagage. Pas na kerstmis 1545 zou hij zijn reis naar Utrecht kunnen vervolgen. Karel moet nog eens in de stad zijn geweest. Hij was vergezeld van zijn vrouw Isabella van Portugal. Op een koude winterdag kwam het echtpaar, gezeten in een slee, de Hinthamerpoort binnen. Ze gleden naar het stadscentrum. Bij de zojuist gereedgekomen kapel van het Hinthamereinde, de Anthoniuskapel, gebeurde er een ongeluk. De slee kwam met één ijzer over een flinke steen en viel om. De keizer kon er, in tegenstelling tot zijn vrouw, snel uitspringen. De Bossche mannen die in de stoet stonden schrokken, maar bleven staan. De vrouwen echter schoten meteen te hulp en behoedden de keizerin voor een val. Keizer Karel was zeer tevreden over deze hulp. Die moest zeker beloond worden, maar hoe? Ineens zag hij de kapel, waar nog geen windvaan op stond. Hij bepaalde toen, dat dit gebouw niet bekroond zou worden door een haan, maar door een kip, ter gedachtenis aan deze redding.
Het bovenstaande is gebruikt door Niek de Rooy in zijn Bossche Revue van 1943. Deze maand vijfenveertig jaar geleden werd deze revue, die getiteld was 'O, bedoelde dè!' opgevoerd. Er komt een scène in voor over de komst van Keizer Kaorel en z'n vrouw en er werd een liedje over gezongen. Het werd in 1975 op de plaat gezet, tesamen met ander bekende liedjes uit de Bossche Revues van Niek de Rooy onder de titel 'Houdoe wor'.
Het refrein gaat als volgt:
Op de Kapel van 't Hintmerend,
Daor staot un henneke, Un tok-tok-tok, un henneke Ut heet nog nooit z'n stert gezien Dè aorig beest, Want altijd draoit ut tok-tok-tok Met alle winden mee |
? |
J.C.A. HezenmansDe St. Antoniuskapel te 's-HertogenboschHandelingen van het Provinciaal Genootschap van kunsten en wetenschappen in Noord-Brabant 1885-1887 (?) 49-60 |
|
1840 |
J.A. CoppensNieuwe beschrijving van het Bisdom van 's-Hertogenbosch II('s-Hertogenbosch 1840-1844) 193 |
|
1870 |
L.H.C. SchutjensGeschiedenis van het Bisdom 's-Hertogenbosch IV(Sint Michielsgestel 1870-1876) 379 |
|
1886 |
J.C.A. HezenmansDe St. Janskerk te 's-Hertogenbosch en hare geschiedenis('s-Hertogenbosch 1866) 88 |
|
1888 |
J.C.A. HezenmansDe St. Antoniuskapel te 's-HertogenboschHandelingen van het Provinciaal Genootschap (1888) 49-60 |
|
1906 |
J.C.O.De St. Antoniuskapel te 's-HertogenboschBulletin van den Nederlandsche oudheidkundige bond 7 (1906) 181-182 |
|
1910 |
Sasse van YsseltDe voorname huizen en gebouwen van 's-Hertogenbosch III('s-Hertogenbosch 1910-1914) 70, 90 e.v. |
|
1921 |
X. SmitsDe St. Anthonykapel te 's HertogenboschBuiten (5 februari 1921) 67 |
|
1985 |
Henny MolhuysenOe gotte kèk daor : AnthoniuskapelBrabants Dagblad donderdag 31 januari 1985 (foto) |
|
1987 |
Henny MolhuysenVerhalen en legenden : Het Heilig VuurBrabants Dagblad donderdag 17 december 1987 (foto) |
|
1988 |
Henny MolhuysenVerhalen en legenden : Un hennekeBrabants Dagblad donderdag 26 mei 1988 (foto) |
|
1989 |
RedactieSint AnthoniuskapelBouwhistorie 's-Hertogenbosch. Jaarverslag '89 (1989) 13 |
|
1996 |
Henny MolhuysenAchter de voorgevel : Slechts de gevel bleef behoudenBrabants Dagblad donderdag 2 mei 1996 (foto) |
|
1997 |
Ruud KamphovenKapel Antoniegaarde hoeft niet wegBrabants Dagblad zaterdag 15 november 1997 (foto) |
|
1998 |
Henny MolhuysenVerdwenen stadsbeelden : De historische gevel aan de HinthamerstraatBrabants dagblad donderdag 5 februari 1998 (foto) |
|
1998 |
Wim HagemansGrote glazen deuren in plaats van dichte deur. 'Onsteltenis' over plan voor Antoniuskapel Den BoschBrabants Dagblad vrijdag 4 december 1998 (foto) |
|
2000 |
Jo HendriksDe Antoniuskapel (en de hen)KringNieuws 2 (2000) 15-16 |
|
2002 |
Ad van DrunenSint-AnthoniuskapelKloosters en religieus leven ('s-Hertogenbosch 2002) 60-62 |
|
2007 |
Petra DircksAntonius, Magdalena, Goedele en Maria zijn terugBrabants Dagblad dinsdag 11 december 2007 (foto) |
1491 |
De Anthoniusbroederschap (opgericht in 1429) bouwt een nieuwe St. Anthoniuskapel, op het einde van de Hinthamerstraat. De oude kapel wordt ontwijd en ingericht als een burgerwoning. Bron: Kroniek van 's-Hertogenbosch |
|
1640 |
Het beleg van 1629 hadden veel verwoestingen in de stad aangericht. In 1640 besluit de Antoniusbroederschap hun kapel (die ook veel geleden had) af te breken. De voorgevel laten zij staan. Bron: Kroniek van 's-Hertogenbosch |
|
1700 |
Van de voormalige Anthoniuskapel is enkel de gevel bewaard. Deze wordt in 1700 eigendom van de stad. Later wordt op deze gevel een torentje gebouwd en worden er de klokken van de voormalige Sint Jacobskerk in gehangen. Bron: Kroniek van 's-Hertogenbosch |
|
1751 |
Torentje gebouwd in 1751 naar ontwerp van architect Van Warmond. Bron: Kloosters, Kronieken en Koormuziek |
|
1855 |
De Sint-Antonie kapel of uurwerkstoren, staande op het Hinthamereinde, onderging eene merkelijke verbetering, doordien zij in 1855 geheel werd opgepleisterd en bijgewerkt in de stijl waarin zij vroeger was opgebouwd, door welken maatregel dat gedeelte der stad en om zoo te zeggen, de geheele Hinthamerstraat eene verfraaijing ondergingen. Hiertoe werd eene som van f 300 besteed. Bron: Verslag van den toestand der gemeente 's-Hertogenbosch over 1855 |
|
1910 |
Onder leiding van H. van Heeswijk, restauratie architect van de Sint Jan, wordt de uit 1491 daterende gevel van de Sint Anthoniuskapel gerestaureerd. Bron: Kroniek van 's-Hertogenbosch Bron: Kloosters, Kronieken en Koormuziek |
|
1955 |
Funderingen opgegraven en ingemeten in 1955. Bron: Van Bos tot Stad Bron: Kloosters, Kronieken en Koormuziek |
|
1956 |
Het bejaardentehuis Anthoniegaarde wordt gebouwd. De vijftiende eeuwse gevel van de voormalige Anthoniuskapel wordt bij de bouw betrokken; er komt een moderne kapel achter. Bron: Kroniek van 's-Hertogenbosch |
1607 |
Kapittel 15. Toelaag voor het maken van eenen nieuwen altaar in St. Antonius kapel. Bron: Stads Rekeningen van het jaar 1607-1608. Deel 2, blz 1179 |
|
1629 |
Kapittel 21. De St. Antonius en St. Anna kapellen schoon gemaakt. Bron: Stads Rekeningen van het jaar 1629-1630. Deel 2, blz 1358 |
Hans Boselie en Peter-Jan van der Heijden, Bossche monumenten in beeld (1975) 24
C.J. Gudde, 's-Hertogenbosch geschiedenis van vesting en forten (1974) 40, 48
Jan Sanders, Kroniek van Molius (2003) 215
Voorloopige lijst der Nederlandsche monumenten van geschiedenis en kunst (1931) 185
Aart Vos, 's-Hertogenbosch : De geschiedenis van een Brabantse stad 1629-1990 (1997) 88, 202, 289